De batterij opladen
Uw batterij is in de fabriek gedeeltelijk opgeladen, maar
moet wellicht opnieuw worden opgeladen voordat u het
© 2011 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
13
apparaat voor het eerst kunt inschakelen. Als wordt
aangegeven dat het batterijniveau laag is, gaat u als volgt te
werk:
1 Sluit de lader aan op een stopcontact.
2 Sluit de lader aan op het apparaat. Het batterij-
indicatielampje naast de micro-USB-aansluiting brandt
wanneer de batterij wordt opgeladen.
3 Wanneer het apparaat aangeeft dat de batterij volledig
is opgeladen, maakt u eerst de lader los van het apparaat
en vervolgens haalt u de lader uit het stopcontact.
U hoeft de batterij niet gedurende een bepaalde tijd op te
laden, en u kunt het apparaat gewoon gebruiken terwijl het
wordt opgeladen. Als de batterij volledig ontladen is, kan het
enkele minuten duren voordat de batterij-indicator op het
scherm wordt weergegeven en u weer met het apparaat kunt
bellen.
Tip: Haal de stekker van de lader uit het stopcontact wanneer
de lader niet wordt gebruikt. Een lader die op het stopcontact
is aangesloten, verbruikt stroom, zelfs als de lader niet op het
apparaat is aangesloten.
Opladen via USB
U kunt opladen via USB als er geen stopcontact beschikbaar
is. Als u het apparaat oplaadt via USB, kunt u ook gelijktijdig
gegevens overbrengen.
1 Sluit een compatibel USB-apparaat aan op uw apparaat
met behulp van een compatibele USB-kabel.
De efficiëntie van het opladen via een USB-aansluiting
kan aanzienlijk verschillen. In sommige gevallen duurt
het vrij lang voordat het opladen begint en het apparaat
opnieuw is opgestart.
2 Als het apparaat is ingeschakeld, kunt u een keuze maken
uit de beschikbare USB-opties op het scherm van het
apparaat.
Bij langdurig gebruik zoals een actief videogesprek en een
gegevensverbinding met hoge snelheid kan het apparaat
warm aanvoelen. In de meeste gevallen is dit normaal. Als u
vermoedt dat het apparaat niet naar behoren werkt, brengt
u het dan naar het dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt.